Filosoof Hans Achterhuis wil reflectie na moord op Fortuyn
Leidt links dierenrechtenactivisme tot geweld?
De moord op Pim Fortuyn noopt de
milieubeweging tot kritisch en pijnlijk
zelfonderzoek, meent filosoof Hans
Achterhuis, die zichzelf tevens beschouwt
als lid van die milieubeweging. "Dat
de moordenaar een gek was met kortsluiting
in zijn hoofd is gewoon niet waar". auteur Marcel Ham in het blad
Milieudefensie juni 2002 Volgens een artikel in de Telegraaf
zoudenin Nederland enkele kleine groepjes
-onafhankelijk opererende 'cellen'-
van dergelijke zogeheten 'eco-terroristen'
bestaan. Deze zouden de laatste jaren
steeds gewelddadiger zijn geworden
en trainen in "zomerkampen". Meer ….
"Nee, verslagen voelde ik me
niet toen ik hoorde dat een milieuactivist
Pim Fortuyn had doodgeschoten",
zegt hij in zijn Enschedese woning.
"Ik kon me namelijk voorstellen
dat dat gebeurd was, al is het wel het
meest stomme dat je kunt bedenken".
Dat vraagt om uitleg.
Professor Dirk Boon, hoogleraar
Dier en Recht aan de Universiteit
van Utrecht, ziet de wens van de Tweede
Kamer om dierenactivisten
als terroristen te boekstaven,
veel te ver gaan. "Het is burgerlijke
ongehoorzaamheid. Dat mag, als een
onderwerp heel netelig ligt, wat mij
betreft nog best ver gaan". Meer …. Verreweg het grootste deel van de milieubeweging
heeft geen last van gewelddadig denken,
benadrukt Achterhuis, en dat geldt zeker
voor clubs als Milieudefensie, Natuur en
Milieu en het GroenFront. Maar de milieubeweging
kent haar radicale tendensen waar totalitair
denken de boventoon voert. Zoals bij de
radicale groepjes die zich met geweld sterk
maken voor dierenrechten. Bij hen zijn idealen
zo absoluut geworden, zo weet hij, dat alles
in het eigen leven daar voor moet wijken.
Dat kan er ook toe leiden dat anderen voor
dat ideaal opzij moeten, meent hij. Hij
haalt natuurliefhebber en oud-maoïst Koos van Zomeren aan, die waarschuwde: pas op voor mensen
die offers brengen, want wie offers van
zichzelf vraagt, doet dat uiteindelijk ook
van anderen. Je moet, kort gezegd, afstand
durven doen van je eigen idealen. "Ik
heb een student gehad die vanuit de zwarte-kousenhoek
een paper schreef over homosexualiteit en
zeker wist dat dat door God verboden was.
Hij was er ten diepste van overtuigd dat
hij daar zelf ook maatregelen toe moest
nemen. Hij voelde dat als een goddelijke
opdracht. Daar kun je het mee vergelijken".
Stoeien in Wageningen
En denk niet dat Achterhuis een omgevallen boekenkast
is, die niet weet waar hij het over heeft. "Ik
ken die radicale groepen heel goed, ik had ze als studenten
toen ik in Wageningen aan de universiteit doceerde.
Ik heb veel met ze gestoeid. Die mensen waren allemaal
zeer geëngageerd en zeer vreedzaam, maar de theorieën
die ze aanhingen waren gewelddadig. Er zat iets in van:
we weten zeker dat we gelijk hebben en zullen dat anderen
ook opleggen. De milieuschaarste werd zo groot gevonden
dat de ecologische crisis in hun optiek niet democratisch
opgelost kon worden. Als je zeker weet dat de aarde
naar de kloten gaat, dan is alles geoorloofd om de wereld
te redden, ook totalitaire methoden. Ik was in hun optiek
natuurlijk niet radicaal genoeg, trok geen consequenties
uit de schaarste-analyse. Vandaar dat we veel discussieerden.
Dat vond ik trouwens erg leuk hoor. Het waren heel aardige
mensen. Ik heb ook niks tegen die mensen, maar wel tegen
hun gedachten".
Hij vindt wel achteraf van zichzelf dat hij hun denken
in absolute idealen niet fel genoeg heeft bestreden.
Net zo min als de milieubeweging dat zelf heeft gedaan.
"Ik had misschien scherper moeten zeggen: pas op,
er zit iets smerigs in geweld. Maar ik dacht altijd
dat het in Nederland niet zo'n vaart zou lopen. Nu denk
ik: ik was te betrokken, te positief, te naïef.
Al had ik natuurlijk nooit verwacht dat er zo'n daad
als deze zou plaatsvinden. Maar daardoor denk ik nu
wel dat ik te gemakkelijk ben geweest. Ik had altijd
het idee van een nuttige en stilzwijgende taakverdeling
in de milieubeweging, waarbij je bijvoorbeeld ook groepen
hebt die nertsen bevrijden. Maar daarin ben ik van mening
veranderd. Die radicale acties vind ik nu heel schadelijk".
Achterhuis vindt het de allerhoogste tijd dat de milieubeweging
zichzelf aan een kritisch onderzoek onderwerpt. Om korte
metten te maken met totalitaire denkbeelden, die een
basis kunnen vormen voor geweld. Want als de milieubeweging
dat niet zelf doet, dan doen de tegenstanders het binnenkort
wel, en op een weinig zachtzinnige manier. Hoe je dat
moet doen is voor Achterhuis een lastige vraag. "Ik
ben niet zo goed in dat strategische denken, maar je
moet natuurlijk nooit beginnen met royementen. Het gaat
mij om het inhoudelijke
debat, over teksten en uitlatingen. Ik zeg dus niet
dat de milieubeweging schuldig is aan radicale tendensen,
maar ze zou wel kunnen zeggen: die dierenbevrijders
horen niet bij ons. Vergelijk het met de sympathie
voor de Baader-Meinhofgroep in PvdA-kringen in de jaren
zeventig. Die ging toch heel ver".
Geen gek
Loopt Achterhuis niet een beetje te hard van stapel?
Per slot van rekening is er tijdens het interview nog
steeds niets bekend over de motieven van Volkert van
der G.
Achterhuis: "Wat hij ook zegt, je moet kijken naar
de wereld waar hij vandaan kwam. Het interesseert me
ook geen bal als kennissen van hem zeggen dat ie zo
normaal en aardig was. Vergelijk het met Jochem Uitenhage.
Iedereen is het erover eens dat hij zijn medailles heeft
kunnen halen omdat hij uit een land komt waar de schaatssport
hogelijk gewaardeerd wordt, waar schaatsploegen zijn,
ijsbanen - bij elkaar een hele materiële omgeving.
De moordenaar van Fortuyn is ook geen gek met kortsluiting
in zijn hoofd, dat is gewoon niet waar! Je moet het
niet als geïsoleerd geval zien. Er is een hele
imposante lijst van aanslagen van dierenbevrijders geweest in de jaren '90".
Heeft de filosoof geen last van een paniekreactie? Is
er in Nederland wel genoeg van het radicale denken te
bespeuren om tegen ten strijde te trekken? De Amerikaanse
deep ecology-beweging ('Die hebben een heel vergaande
utopie: geef 90 procent van het land terug aan de natuur')
heeft in Nederland toch nauwelijks aanhangers. Achterhuis
verwijst naar de groene kritiek op het WRR-rapport 'Duurzame
risico's' uit 1994. Volgens critici uit de milieubeweging
werd daarin niet erkend dat er absolute ondergrenzen
aan het milieugebruik zijn. De WRR ging naar hun zin
te veel uit van het idee dat samenlevingen moeten bepalen
hoever ze gaan met hun milieugebruik. In die kritiek
zit volgens Achterhuis een anti-democratisch trekje.
De filosoof moet ook denken aan de schrikbeelden waarmee
de milieubeweging veel te lang heeft geschermd. "Dat
slaat niet meer aan, en het kan ook tot gewelddadigheid
leiden. Ik heb tijdens het werken aan mijn boek 'De
erfenis van de utopie' gemerkt dat vertogen over utopie?n
vaak beginnen na een periode van doemdenken. Dan ontstaat
de behoefte aan een nieuw begin, een radicale breuk".
Eigenlijk houdt hij er niet van, want het is "gepsychologiseer",
maar hij weet dat van gewelddadige acties een zekere
aantrekkelijkheid uitgaat. "Ik weet dat van mijn
studenten die destijds aan de Nieuwmarktrellen meededen.
Die vertelden me een keer heel openhartig van de kick
om een ruit van een bank in te gooien, het is een soort
machtsgevoel. Overigens speelde dat bij mijn Wageningse
studenten beslist niet".
"Ik heb de laatste vijf jaar veel over geweld geschreven",
gaat hij verder, "en ik herken bij mezelf de verleiding
van gewelddadige theoretische standpunten. Dankzij zulke
herkenning kun je het ook het beste bestrijden. Zoals
George Orwell zei: de beste bestrijders van het fascisme
waren degenen die het het beste begrepen".
Taarten
Het zelfonderzoek waartoe Achterhuis de milieubeweging
oproept, betekent niet dat hij allerlei zeer legitieme
acties - van baggerspuiten tot het juridische
werk tegen de bio-industrie van Milieu Offensief
- nu in de ban wil doen. Geen sprake van zelfs, zulke
dingen horen nu eenmaal bij de democratie. En taarten
vindt hij ook nog wel kunnen. Met de moord op Fortuyn
hebben die niks te maken. Maar uiteindelijk moeten de
taartengooiers wel bereid zijn de juridische gevolgen
te ondergaan, want het kan wel tot steeds meer gewelddadigheid
leiden. Je juridisch verantwoorden hoort ook bij de
democratie. Juridische actie tegen de taartengooiers
had er trouwens allang moeten komen. Achterhuis: "Ik
weet zeker dat dat ook gebeurd was als ze zich niet
Biologische Bakkers Brigade hadden genoemd maar de Bruinhemden
Brigade".
Nihilist
En idealen blijven er ook bij Achterhuis bestaan. "Ik
vind het vreselijk als u mij een nihilist noemt".
Hij ontleent die idealen zelf aan Albert Camus, op wie
hij promoveerde. "Camus zegt dat je niet in het
absoluut goede hoeft te geloven om te weten waartegen
je moet strijden.
Voor een rondgang onder milieumensen
en hun reactie na de moord op Fortuyn, zie Milieudefensie
Magazine, juni 2002. In november 2003 verscheen
een interview met 2 woordvoerders van het Dierenbevrijdingsfront
en met woordvoerdster Marianne Thieme van Partij
voor de Dieren die genoeg heeft van de criminalisering
van actievoerders. Een maand later volgden vele
boze brieven.