Contactblad Relatie Mens en Dier april 2005 |
Dit is het Contactblad "Relatie Mens en Dier" van de belangengroep en stichting Rechten Voor Al Wat Leeft.
Onderwerpen
|
Muskusratten
Elk jaar lezen wij weer berichten in de krant
over muskusratten, wélk een groot gevaar
zij wel niet vormen voor onze dijken en oevers,
hoe groot de noodzaak dan ook is deze dieren te
bestrijden en dat er weér meer vangers
bij moeten komen omdat men met het huidige aantal
(bezoldigde!) vangers het werk niet aankan! Al
jarenlang wordt door dierenorganisaties als de
Faunabescherming, maar ook door Rechten voor al
wat leeft, geageerd en geprotesteerd tegen deze
grootschalige en geldverslindende vervolging van
de muskusrat, omdat het een wrede en volkomen
zinloze zaak is, immers….
- Door vangen en doden van dieren van een bepaalde
soort wordt de populatie niet verkleind, maar
eerder vergroot (juist als bij stadsduiven!)
- Er zijn afdoende alternatieven om dijken,
oevers en slootkanten te beschermen tegen de
graafactiviteiten van de muskusrat.
- De vangstmethoden (vallen, klemmen en fuiken)
zijn bijzonder wreed, aangezien de dieren hierin
bijna altijd een afschuwelijke verdrinkingsdood
sterven.
Omdat het in ons land ondertussen om honderdduizenden
muskusratten (plus vele duizenden bijvangsten
van andere dieren) per jaar gaat die dit gruwelijke
lot moeten ondergaan, willen wij in dit en in
het volgende nummer hier eens extra aandacht aan
besteden. Hierbij maken wij gebruik van een uitstekend
gedocumenteerd en zeer informatief boekje van
de Faunabescherming over alle aspecten van de
muskusrattenbestrijding in Nederland. Met toestemming
ontlenen wij informatie aan dit boekje en citeren
enkele gedeelten eruit.
Iets over het dier zelf
In tegenstelling tot wat velen denken is de muskusrat
geen rat maar een soort woelmuis en staat dichter
bij soorten als marmot, hamster en bever dan bij
de rat. De dieren leven in waterrijke gebieden
en graven hun holen en gangenstelsels ("burchten")
meestal in oevers langs het water. De ingangen
liggen onder water, maar deze gangen lopen omhoog
naar een of meer kamers, die boven de waterspiegel
liggen. Waar geen graafmogelijkheid is, bouwen
de dieren een vaak drijvend koepelnest van verscheidene
plantendelen. Ook daar bevinden de ingangen zich
onder water. Muskusrattenwijfjes kunnen per jaar
15 tot 32 jongen voortbrengen, die na ±
vijf maanden zelf ook geslachtsrijp zijn. De dieren
eten vnl. waterplanten en gras, maar ook wel zoetwatermosselen
en rivierkreeften. Ze hebben natuurlijke vijanden
zoals vos, bunzing, hermelijn, havik en bosuil.
Na introductie in Europa in 1905 (vanuit Noord-Amerika
en Canada) werd in 1941 de eerste muskusrat in
Nederland gevangen. Vanaf de zeventiger jaren
komen ze overal in ons land voor. |
|
Bestrijding
Sinds 1985 bestaat er een wet waarin staat dat
elke provincie moet zorgen voor muskusrattenvangers
in ambtelijke dienst. Sindsdien worden de dieren
meedogenloos vervolgd en in steeds grotere aantallen
gevangen. We citeren: "in 1980 waren dat
er ruim 100.000 en dit liep gestaag op tot 300.000
in 2001 en tot zelfs 400.000 in 2003 en 2004.
De grootste aantallen worden gevangen in de waterrijke
provincies Friesland en Zuid-Holland.
Aangezien de muskusratten ons land hebben gekoloniseerd
vanaf de grenzen, werden in eerste instantie de
meeste dieren gevangen in de provincies Noord-Brabant,
Gelderland, Overijssel en Groningen. Ondanks de
zeer intensieve bestrijding heeft het dier vervolgens
toch kans gezien ook de verst verwijderde provincie
Noord-Holland te bereiken. In deze provincie werd
in 1976 slechts één muskusrat gevangen,
maar in 1981 was dat al opgelopen tot 588 en in
2003 werden er in deze provincie in totaal 3.365
gevangen!" Als we naast het jaarlijkse totaal
aan gevangen muskusratten ook nog eens bedenken
hoeveel andere dieren (o.a. waterhoentjes, meerkoeten,
wilde eenden, kuifeenden, futen, dodaars, aalscholvers,
bunzingen, hermelijnen, woelratten, bruine ratten,
nertsen, kikkers, padden, rivierkreeften, snoeken
en karpers) weliswaar onbedoeld, in de vallen,
klemmen of fuiken de dood vinden, en waarvan de
genoemde aantallen gebaseerd zijn op vrijwillige
opgaven van de vangers zelf, dan blijkt het op
landelijk niveau per jaar om vele duizenden maar
misschien zelfs wel tienduizenden (vaak beschermde!)
dieren te gaan, die we dan nog eens bij de 400.000
mogen optellen! Alleen al hierom zouden alternatieven
moeten worden onderzocht!
Kosten
Landelijk wordt de laatste jaren circa 25 miljoen
euro per jaar besteed aan de muskusrattenvangst.
Bij 400.000 vangsten per jaar komt dat neer op
zo'n 62,5 euro per dier! In 2002 was het totale
aantal muskusrattenvangers in Nederland zo'n 400.
Deze zijn in dienst van de provincies.
Het moge duidelijk zijn dat het vangen van muskusratten
een lucratieve bezigheid is, en dat de vangers
er absoluut geen belang bij hebben zichzelf overbodig
te maken! Er bestaan geen betrouwbare cijfers
over de aantallen werkelijk aanwezige muskusratten.
Bovendien is het opmerkelijk dat, of de vangsten
nu toe- of afnemen, de overheid het altijd ziet
als een bewijs van de stelling dat de muskusrattenbestrijding
succesvol is en dat de populatie minder wordt.
We citeren: "de vangers hebben er belang
bij hun baan tot in lengte van jaren te kunnen
behouden. Door de muskusrattenbestrijding zelf
wordt als doel gesteld om een bepaald aantal vangsten
per uur te realiseren. Nogal arbitrair nemen zij
aan dat bij één vangst per vier
in het veld doorgebrachte uren de populatie onder
controle is. De vangers zullen er hoe dan ook
naar streven ongeveer op dat aantal vangsten per
uur terecht te komen. Het is gemakkelijk en verleidelijk
om de cijfers te manipuleren of het aantal vangmiddelen
en/of controles aan te passen! Het gaat echter
niet om het aantal dieren dat wordt gevangen,
maar om het aantal dieren dat overblijft"!
Dierenleed
Over de wijze van vangen citeren wij….
Muskusratten worden meestal gevangen met
behulp van klemmen en vallen. Deze middelen zijn
uitermate wreed. De klemmen worden onder water
geplaatst bij de ingang van een burcht of op zogenaamde
wissels, paadjes waarlangs de dieren zich door
hun territorium verplaatsen. Deze klemmen doden
de dieren vrijwel nooit direct vanwege de te geringe
slagkracht. De gevangen muskusrat stikt of verdrinkt
vervolgens pas na enkele minuten (of nog langer).
Ook worden er gazen fuiken en inloopvallen gebruikt
die onder water worden geplaatst. Wanneer hier
een muskusrat inloopt of zwemt verdrinkt hij na
ongeveer 7 minuten. Als deze vallen niet geheel
onder water staan. bijvoorbeeld als gevolg van
daling van de waterstand, komen de dieren niet
om door verdrinking. Maar wanneer de vallen in
dat geval niet regelmatig worden gecontroleerd
sterven ze tenslotte toch door uitputting en onderkoeling.
Er wordt naar gestreefd om de vangmiddelen voor
muskusratten altijd geheel onder water te plaatsen.
De reden hiervan is enerzijds dat de dieren dan
verdrinken en niet levend worden aangetroffen.
Anderzijds is het voordeel dat het publiek de
apparaten dan niet ziet en er minder kans is dat
ze worden gestolen of vernield.
Afgezien van het leed dat op deze manier aan de
muskusratten zelf wordt aangedaan vormt de muskusrattenbestrijding
ook een ernstige aantasting van de natuurwaarden van oevers langs sloten en rivieren. Door de aanwezigheid
van de kooien en klemmen en de regelmatige controle
ervan worden alle aanwezige dieren telkens weer
verstoord en worden oevervegetaties vertrapt en
beschadigd. Daarnaast vormen de zogenaamde bijvangsten
(zie hiervoor onder het hoofd "Bestrijding"-red.)
een aanslag op de natuurwaarden van deze gebieden."
(In ons volgende contactblad willen wij u
verder informeren over de (vermeende) gevaren
die muskusratten zouden vormen voor ons land (dijkdoorbraken,
overstromingen en wat niet al!) Laten we in dat
licht dan eens bedenken welk een bedreiging de
mensheid zélf vormt voor het milieu: recente
berichten geven aan dat, indien wij nu geen maatregelen
nemen, reeds over enkele decennia het waterpeil
zo hoog zal zijn gestegen dat onze dijken het
water niet meer zullen kunnen tegenhouden en een
groot deel van ons land van de kaart verdwenen
zal zijn. En dat alles door ons eigen onverantwoord
gedrag! -red.). |
Mollen
Met ingang van 1 maart jl. is de mol weer vogelvrij
verklaard. Het TV-journaal toonde hoe klemmen
worden gezet in de gangen van de mol. We zagen
een kerkhof waar in een gazon veel molshopen lagen.
Om verzakkingen te voorkomen moet ook de mol dus
weer te vuur en te zwaard worden bestreden. En
natuurlijk is het enige wat 'ongedierte"bestrijders
dan kunnen bedenken (evenals bestrijders van muskusratten,
stadsduiven, muizen, ratten en andere z.g. lastige
dieren): vangen en doden. En ook bij mollen is
dit "dweilen met de kraan open". Ook
mollen planten zich zeer snel voort (hoe meer
er gevangen worden, hoe sneller de voortplanting!).
Vaak is een leeg gevangen territorium de volgende
dag al weer bezet door mollen uit de buurt. Ook
zijn de mollenklemmen niet bepaald niet diervriendelijk!
Is de mol direct dood? Dat hangt er maar van af
hoe het dier in de klem terecht komt!
Hoe kan het anders?
Molshopen op het gazon kan men het beste uit elkaar
harken en verspreiden over het gras. Doe dit voorzichtig
zodat het pas gegraven gangenstelsel eronder intact
blijft. Anders ontstaat iets verderop weer een
nieuwe molshoop! Mollen graven een groot gangenstelsel
dat mede moet dienen als grote val voor wormen,
larfjes etc.. Eén mol eet per dag zo'n 100
wormen! Dat is de helft van z'n eigen gewicht.
Is het gangenstelsel klaar en blijft het intact,
dan zal er in principe geen nieuwe molshoop bijkomen.
Bollen tegen mollen
Er bestaan ook manieren om mollen uit het terrein
weg te houden. In dit verband willen we Luchthaven
Schiphol toch eens een pluim op de hoed steken,
want in het blad Lost-Vast 1-2005 (vakblad voor
hondentrainers) lazen we een bericht, dat we gedeeltelijk
letterlijk voor u overnemen.
"Schiphol zet bloembollen in voor vliegveiligheid.
Luchthaven Schiphol zet bloembollen in om de vliegveiligheid
te verhogen. In de velden rond de kop van de Polderbaan
zijn bij wijze van proef bloembollen van narcissen
en keizerskronen gepoot. Deze bloemen verspreiden
een geur waar muizen en mollen niet van houden.
Die muizen trekken weer roofvogels en reigers
aan die een gevaar kunnen vormen voor startende
en landende vliegtuigen. Schiphol hoopt dat muizen
en mollen voortaan wegblijven van de landingsbaan,
waardoor ook reigers en roofvogels niet meer in
die buurt rondvliegen. "Het is bekend dat
dit werkt", verklaarde een woordvoerster.
Vorig jaar waren er op de luchthaven drie vogelaanvaringen
per 10.000 vluchten. Als de proef slaagt, komen
er mogelijk ook bloembollen naast andere banen".
Europese grondwet
Als u in juni a.s. voor de Europese Grondwet
stemt, weet dan dat u stemt voor grondwettelijke
bescherming van allerlei culturele en religieuze
tradities in Europa waar dieren de dupe van zijn,
zoals ritueel slachten, stierengevechten en mishandeling
van dieren t.g.v. religieuze feesten etc. Als
dieren u aan het hart gaan, stemt u dan ALSTUBLIEFT
tégen de Europese Grondwet! |
Castratie biggen
Ruim dertig jaar! ageren wij al tegen het onverdoofd
castreren van biggen. In de afgelopen jaren hebben
wij u regelmatig via ons contactblad gemeld wat
wij hieraan hebben gedaan. Sinds op herhaaldelijk
aandringen van Rechten voor al wat leeft (gedurende
bijna drie jaar! 1996-1998) de Kon. Ned. Maatschappij
voor Diergeneeskunde eindelijk stelling durfde
te nemen (men moest uiteindelijk wel!) tegen deze
zéér pijnlijke ingreep en een nota
hierover uitbracht en wij met deze nota aan het
werk zijn gegaan, is dit onderwerp steeds meer
onderwerp van discussie geworden. Ook de EFSA,
de wetenschappelijke commissie van de EU, heeft
er inmiddels een rapport over opgesteld, waarin
diverse alternatieven worden aangedragen. U hebt
daarover kunnen lezen in ons contactblad van oktober
2004, waarin wij in een brief aan de landbouwminister
refereerden aan dit EFSA-rapport. Dat er thans
in allerlei landbouwkringen en dierenorganisaties
over wordt gesproken en gepubliceerd is één
ding. Maar of er nu ook werkelijk iets gaat veranderen
is een tweede!
Op onze brief aan de minister, die u in ons oktobernummer
hebt kunnen lezen, hebben wij een zeer uitvoerig
maar toch weer teleurstellend antwoord ontvangen:
"Hoe vervelend het ook is voor het snel dichterbij
brengen van een oplossing, kan ik niet anders
dan constateren dat dit onderzoeksrapport (van
de EFSA-red.) onvoldoende handvatten biedt voor
het nu formuleren van een alternatief", schrijft
de minister. Wel belooft hij: "Bij de Europese
Commissie ga ik prioriteit vragen voor het vinden
van een oplossing opdat het onverdoofd castreren
zo snel mogelijk kan worden verboden. Voor het
vinden van die oplossing is mede vervolgonderzoek
nodig op het EFSA-rapport. Zowel nationaal als
in EU-verband zal ik aandringen op het initiëren
van dat benodigde vervolgonderzoek". Tot
zover het antwoord van de minister, waarin hij
tevens benadrukte dat zijn "streven er wel
op is gericht het onverdoofd castreren uit te
bannen, maar zoals gezegd dan op Europees niveau". |
|
Symposium
Inmiddels werd op 14 januari van dit jaar tijdens
een mini-symposium (op nationale schaal) in het
Ministerie van LNV door een Werkgroep Alternatieven
voor het castreren van varkens een eindrapport
aangeboden waarin alle alternatieven nog eens
op een rij waren gezet, mét de (on)mogelijkheden
om deze alternatieven, al of niet in combinatie
met elkaar, op termijn in de praktijk te gaan
toepassen. De plannen variëren van helemaal
niet castreren (is voorlopig - zo is de conclusie
van het rapport- geen optie vanwege het toch te
grote risico op berengeur aan het vlees) en immuno-sterilisatie
tot het castreren met verdoving (hetgeen de pijn
wel iets verzacht maar nog lang niet wegneemt,
zéker niet de napijn!).
Verwacht wordt dat het hele castreren in 2009
niet meer nodig zal zijn. Hiervoor zullen nog
diverse onderzoeken en maatregelen nodig zijn.
Hopelijk zal dan de berengeur voorkomen kunnen
worden door….
- Een combinatie van maatregelen, o.a. op het
gebied van fokkerij en slachtleeftijd. Belangrijke
voorwaarde is dan wel dat detectie aan de slachtlijn
(controle op berengeur bij varkenskarkassen
m.b.v. detectie-apparatuur) waterdicht is. (In
Denemarken is hier destijds onderzoek mee gedaan,
maar toen bleek dat Duitsland toch geen ongecastreerde
varkens wilde afnemen vonden de Denen verder
onderzoek nutteloos en hebben het stopgezet.
Vandaar ook het onwrikbare standpunt van de
minister dat afschaffen van castratie alleen
in Europees verband kan, omdat we aan die ellendige
export vastzitten! Zouden we voor 2009 wel alle
Europese neuzen dezelfde kant opkrijgen? Deze
verwachting lijkt ons dan ook ietwat optimistisch!-red.)
- Een tweede mogelijkheid is de immunosterilisatie,
waarbij de mannelijke biggen twee keer worden
gevaccineerd (op de leeftijd van 10 en 18 weken).
Deze methode is absoluut veilig voor de consument,
want op de slachtleeftijd is het vaccin geheel
uit het lichaam van het varken verdwenen. Voor
het toepassen van deze methode zal er bij de
consument eerst veel (onnodige) weerstand moeten
worden weggenomen. Verwacht wordt dat ook deze
methode in 2009 praktijkrijp is. (Wel, wij
durven het alleen maar te hopen! -red.) De werkgroep heeft voorgesteld dat varkenshouders
vanaf 2006 op vrijwillige basis(!) een plaatselijke
verdoving toepassen voor het castreren. Dit
als overbruggingsmogelijkheid tot de totale
afschaffing in (hopelijk) 2009. Momenteel wordt
met een verdoving geëxperimenteerd. Als
de resultaten goed zijn, zou de overheid dit
verplicht moeten stellen, want hoe kan men nu
verwachten dat men vrijwillig voor een werkwijze
kiest die én meer tijd én meer
geld kost!
Dierproeven
In Trouw van 17 februari jl. lazen we het opzienbarende
bericht dat, als men het lichaam van een oude
muis aansluit op de bloedsomloop van een jonge
muis, de oude muis a.h.w. een verjongingskuur
ondergaat. "Krakkemikkige spieren krijgen
dan een facelift", aldus Trouw. Het bericht
was afkomstig uit het Amerikaanse blad "Nature",
en het onderzoek was door Amerikaanse onderzoekers
verricht. Het komt erop neer dat twee dieren samen
eén bloedsomloop delen, zoals dat ook bij
veel Siamese tweelingen voorkomt. Twee factoren
zorgen voor de "facelift" van de oude
muis: eiwitten in het bloed van de jonge muis
stimuleren de stamcellen van de oude muis tot
het vernieuwen van beschadigde weefsels; de stamcelien
op hun beurt worden in deze wederopbouw niet langer
gehinderd door remmende stoffen uit het bloed
van de oude muis zelf.
Wij vragen ons af wat de onderzoekers voor hebben
met deze dierproef. Is het soms de bedoeling om
de ouder wordende mens een "facelift"
te bezorgen door zijn/haar lichaam aan te sluiten
op de bloedsomloop van een klein kind? Of zien
wij dat te simpel? Zijn wij leken té dom
om de hogere gedachte achter dergelijke proeven
te doorgronden? Eén van de eiwitten die
zo'n stimulerende rol zouden spelen is het delta-eiwit.
"Sportfysiologen zien in dit eiwit daarom
een toekomstige doping-kandidaat", aldus
Trouw.
Dieren die mensen beschermen
Ja, u leest het goed, we hebben het niet verkeerd
omgezet: niet mensen die dieren, maar dieren die
mensen beschermen! Er wordt vaak gezegd dat dieren
niet het vermogen hebben zich in te leven in,
en mee te leven met andere schepselen. Hieronder
laten wij letterlijk een artikel uit het Noordhollands
Dagblad van 24 november 2004 volgen: "Groep
dolfijnen beschermt zwemmers tegen haai"
Whangarei - Een groep dolfijnen heeft vier Nieuw-Zeelandse
zwemmers beschermd tegen een aanval van een grote
witte haai. De dieren vormden volgens Nieuw-Zeelandse
media gisteren veertig minuten lang een cirkel
rond zwemmers, zodat de haai hen niet kon bereiken.
De vier leden van een reddingsbrigade oefenden
honderd meter uit de noordoostelijke kust van
het Noordereiland, toen de dolfijnen met hoge
snelheid op hen afzwommen en het viertal bijeendreven.
"Ze duwden ons tegen elkaar aan door in nauwe
cirkels rond ons te zwemmen". aldus Rob Howe. Toen hij probeerde naar het strand te komen stuurden
twee grotere dolfijnen hem terug. Pas toen zag
Rob Howe waarom. Een drie meter lange haai zwom
twee meter onder het wateroppervlak op hen af.
"Ik deinsde terug. Het dier was maar een
meter of twee van me vandaan, het water was kristalhelder".
Het incident vond al drie weken geleden plaats,
maar de zwemmers wilden het eerst voorleggen aan
deskundigen. Een wetenschapper meent dat de reactie
van de dolfijnen, die haaien in geval van dreiging
ook wel aanvallen, normaal is. "Ze helpen
vaker de hulpelozen."
Zwerfkatten
Het is al weer enige tijd geleden dat wij voor
het laatst iets over de twee door ons gesteunde
zwerfkattenprojecten hebben geschreven waar velen
van u vorig jaar zo royaal geld voor hebben overgemaakt.
We kunnen melden dat deze projecten zeér
succesvol verlopen! Helaas kunnen we niet de gemeentes
noemen waar beide projecten plaatsvinden. De reden
hiervan is dat, wanneer mensen met verkeerde bedoelingen
(als ze bijv. van hun kat afwillen) dit lezen,
zij hun dieren eveneens naar deze plek gaan brengen
om ze te dumpen. Zelfs moeten we rekening houden
met de mogelijkheid dat er kattenhaters zijn die
de dieren willen vergiftigen. Men weet maar nooit
wie dit contactblad in handen krijgt en het op
een verkeerde manier gaat gebruiken. Daarom houden
wij deze locaties geheim. Vandaar ook dat de mensen
die dit werk doen nooit via de pers bekendheid
hieraan kunnen geven om donateurs te werven. Dit
zou gewoon vragen om moeilijkheden zijn.
In de gemeente waar vorig jaar nog sprake was
van één bedrijventerrein waar katten
waren gevangen, gecastreerd/gesteriliseerd en
nog steeds worden verzorgd (er staat ook een "kattenhuis",
d.w.z. een ingerichte bouwkeet - zie ons januarinummer
2004) en waar nu al vijf jaar geen jonge katjes
meer zijn geboren!, is het werk nu uitgebreid
tot vijf bedrijventerreinen! Deze gemeente ligt
namelijk in een groot industriegebied. Op één
van de vier nieuwe terreinen vinden ook geen geboortes
meer plaats. Er staan op de vijf bedrijventerreinen
inmiddels vier kattenhuizen, en met een vijfde
is men bezig. Eén ervan ziet u op de foto.
In totaal worden hier zo'n 75 katten gevoerd en
verzorgd. Ze worden allemaal gecastreerd/gesteriliseerd,
hebben nu bijna allemaal een veilig en droog onderkomen,
wat toch wel geweldig belangrijk is, zeker gezien
de kou en sneeuw van de afgelopen maand! Voldoende
mandjes en doosjes bekleed met vetkleed (een synthetisch
namaak schapenvacht, uitermate geschikt voor dit
doel!) zorgen ervoor dat de dieren ook in de winter
in hun 'kattenhuis' warm kunnen liggen en slapen.
Een mooie bijkomstigheid is dat in dit gebied
(als enige in Nederland) geén zwerfkatten
meer mogen worden bejaagd. (Helaas is dat in de
rest van Nederland wel zo!) Hoe deze mensen dat
voor elkaar hebben gekregen? Wel, alle katten
zijn gechipt, en aan de provincie is gezegd dat
deze dieren alle het eigendom zijn van de betrokken bedrijven, en dat deze katten bovendien een zeer
nuttige functie vervullen, namelijk de muizen
weghouden op deze vijf bedrijventerreinen. Ze
hebben de status "bedrijfskatten" gekregen!
Ook het verbod om onvruchtbaar-gemaakte zwerfkatten
weer terug te zetten is op deze manier prachtig
omzeild: alle 75 katten verblijven daar volkomen
legaal!
Van de kattenverzorgers van het andere project
dat wij steunen, en waarvan u in ons julinummer
2004 een foto zag van de blokhut die als onderkomen
dient voor de zwerfkatten aldaar, ontvingen wij
een brief waaruit wij enkele gedeelten overnemen:
"Vorig jaar heeft de kittenopvang waar wij
mee samenwerken tegen de honderd kittens opgevangen
die allemaal een nieuw en goed tehuis hebben gekregen.
Het seizoen begon vroeg voor de kittenopvang,
want wij gingen actief 'de boer op'. Ons bekende
adressen (veelal boerderijen en kwekerijen) waar
jaarlijks vele kittens worden geboren, konden
we benaderen om onze diensten aan te bieden om
de katten te vangen en te laten castreren/steriliseren
in plaats van af te wachten wanneer de verwilderde
kittens tevoorschijn zouden komen uit stal, schuur
of kas. Natuurlijk waren er weer poezen drachtig
of reeds bevallen en zo kwamen vroeg in het jaar
de eerste kittens van de 97 in de kittenopvang,
en later bij een nieuwe eigenaar. Vooral schuwe
boerenzwerfkatten zijn een probleem, omdat die
hun kittens op verborgen plekken houden, en juist
daar zijn we natuurlijk voor in de weer. Maar
het is goed te weten dat de jonge katjes daarna
zo gewenst zijn door de mensen die bij ons komen
op zoek naar een huisdier. Bij die mensen zijn
ze welkom en dat houdt ons vol goede moed.
Er doen zich vaak problematische situaties voor,
zoals verdwaalde of in de steek gelaten huiskatten.
Ook dan proberen wij te helpen. Elk jaar weer
worden moederpoezen met kittens ontdekt op verlaten plekken waar ze een onderkomen vonden voor de
bevalling. Sommige eigenaren gaan nog op zoek, maar vaak worden de diertjes niet eens gezocht
en belanden ze in het asiel. Een verhaal met een
goede afloop gaat over de kat Cheeta die ruim
een half jaar werd gezocht door haar eigenaar
en die ver van huis beschutting had gevonden onder
een barak bij het spoor, vanwaar ze op een verlaten
groene strook kon komen om op muizen te jagen.
Altijd met mijn blik in de verte voor iets wat
niet hoort, zag ik het dier. De eigenaar haalde
haar meteen 's avonds op, maar belde de volgende
ochtend vroeg verontrust op: ze had aan de kat
gezien dat ze jongen zoogde! Ons advies was: direct
terugzetten en wachten tot de kleintjes tevoorschijn
zouden komen. Tweemaal per dag gingen de mensen
haar voeren en we zetten een overdekte doos voor
haar klaar in de hoop dat ze het nest erin zou
leggen, maar dat deed ze niet. We hebben de kittens,
toen ze eenmaal gezien waren, één
voor één gevangen en het gezin van de inmiddels onvruchtbaar gemaakte Cheeta blijft
nu veilig bij haar baasje. We hebben op dit moment
37 katten onder onze hoede die allemaal 'geholpen'
zijn, en die elke dag door ons worden gevoerd. Ze leven in drie groepen, op plekken die op enige
afstand van elkaar liggen. Soms voegen zich enkele andere katten bij een van de groepjes. Als ze
tam zijn vangen wij ze en brengen ze naar het
asiel, in de hoop dat ze weer bij de eigenaar
terugkomen. Maar soms zijn het ook 'overtollige' katten van boerderijen of kwekerijen. Ze zijn
daar geboren en gaan de omgeving verkennen. Zo
krijgt de omgeving last van zwerfkatten. Dan wordt
het dus weer vangen en naar de dierenarts, terugzetten
en verzorgen.
Tot zover de brief. Men vroeg ons een oproep
te plaatsen voor een katje dat één
pootje mist en een schuwe kat die mank loopt.
Voor beide dieren zoeken wij een buitenplek waar
ze tevens goed worden verzorgd. Ze mogen namelijk
niet worden teruggezet. Wie meldt zich aan?
En u weet het: Natuurlijk blijft ons gironummer
55677 open staan voor een extra gift voor hulp
aan al deze zwerfkatten! Wij willen graag deze
twee projecten blijven steunen, zowel het verzorgen
en voeden van de huidige kattenkolonies, als wel
het voorkomen van veel dierenleed door géén
jongen meer geboren te laten worden.
HELP MEE DIERENLEED TE VOORKOMEN! |
|
|
|
|
|