De intensieve veehouderij helpt het imago van boeren om zeep
De Nederlanders
zijn zat van de saaie weilanden, met
alleen gras en zwarte vogels en zonder
koeien, onkruid, weidevogels en bloemen.
De Nederlandse weiden beginnen steeds
meer te lijken op gladgeschoren supergazons
uit een verburgerlijkte nieuwbouwwijk.
De schaalvergroting en eenzijdige
nadruk op maximale productie in de
veeteelt levert
grote en saaie stallen in het
landschapsbeeld
grote grasvlaktes zonder bomen,
onkruid, bloemen, vlinders, hazen
en weidevogels
In die nieuwe stallen worden grote
aantallen dieren in zo kort mogelijke
tijd uitgemolken en slachtrijp gemaakt.
De schoonheid verdwijnt uit het landschap.
Tezamen met de wetenschap dat de veehouders
voornamelijk produceren voor het buitenland
doet hun met rasse schreden het krediet
opsouperen dat deze bevolkingsgroep
nog had bij het grote publiek.
Dat krediet werd deels in stand gehouden
met de romantische herinneringen die
veel Nederlanders hebben van de boerderij.
Wie heeft vroeger niet een familielid
bezocht die zo'n "idyllische" boerderij
had? Zo langzamerhand is wel duidelijk
geworden dat de hedendaagse werkelijkheid
helemaal niet meer romantisch is.
Deze conclusie straalt als het ware
van buitenaf van het moderne boerenbedrijf
af, dat bovendien verboden terrein
is geworden.
Nog wranger is de gedachte dat veel
veehouders zelf op krediet moeten leven omdat het bedrijfsmatig
allang al niet meer uitkan. De intensieve
veehouderij kan alleen maar uit voor
die boeren die bezuinigen op dierenwelzijn.
Daar zijn het de dieren die het krediet
leveren.
De schaalvergroting en de toegenomen onverschilligheid in de omgang met het dier heeft het
voedsel ook nog eens gevaarlijker
gemaakt voor de gezondheid. Dioxine
en antibiotica zijn gevaren die vroeger
niet kleefden aan vlees en zuivel.
Waarom nog deze risico's lopen als
we allemaal wat meer geld hebben om
zowel een verantwoorde bedrijfsvoering
voor de menselijke gezondheid als
voor het welzijn van dieren te kunnen
betalen.
Zelfs voor de recreatie heeft het
voordeel als boeren weer ecologisch
verantwoord gaan produceren.
Wanneer de omvang van de Nederlandse
veestapel vrijwel alleen nog maar
dient voor een uiterst minieme bijdrage
aan het bruto
nationale product waarom zouden
we dan niet gaan voor kwaliteit en
schoonheid in plaats van kwantiteit
en dierenleed?
In een bericht van het ANP 19/09/2000 wordt
melding gemaakt dat de Nederlander
steeds meer groen en beter eten wil.
"Door de toegenomen welvaart
stellen Nederlanders de komende tien
jaar steeds hogere eisen aan het voedsel
en de wijze waarop het gemaakt wordt.
Ook wil de bevolking meer bossen en
parken in plaats van weilanden zonder dieren. Minister
Brinkhorst en staatssecretaris Faber
van Landbouw, Natuur en Visserij hebben
die wensen tot doelstellingen van
hun beleid gemaakt."
.
Alle aandacht ook voor schoon voedsel.
Zo komt er uiterlijk mei 2002 een
Nederlands Voedselbureau. Dat moet
incidenten zoals de dioxinevervuiling
voorkomen of snel aanpakken. Totdat
de salmonellabacterie in kippenvlees
is verdwenen, komt er een waarschuwingsetiket
op kippenvlees. De bacterie bezorgt
mensen namelijk een soort buikgriep.
Wat betreft het dierenwelzijn wordt
de komende tijd gekeken naar de kippen.
Eerder was al besloten om de legbatterij
over enkele jaren te verbieden. Ook
komt Brinkhorst met een voorstel de
nertsenfok af te bouwen. De D66-minister
vindt het namelijk 'niet kunnen' om
dieren alleen voor bont te fokken.
Dierenwelzijn en een schoon imago
zijn volgens Brinkhorst al bereikt
in de biologische landbouw. "Die
weerspiegelt de vernieuwing waar alle
boeren naartoe moeten'', vindt Brinkhorst.
Hij trekt er fors meer geld voor uit.
Voor de aanleg van bossen en andere
natuur blijft het ministerie krachtig
streven naar een groen-blauwe dooradering
van natuurgebieden door Nederland.
"Het landschap wordt veel spannender
en gevarieerder'', verwacht Faber.
Zie ook de 5
bezwaren tegen bio-industrie en de misstanden achter de schermen.
Zie ook de externe bijdragen van allerlei landbouwexperts aan Animal Freedom.
De varkenssector, de minister van LNV en de Dierenbescherming proberen met Zichtstallen en inzet van 'popster' Benny Jolink het publiek het idee te geven dat varkens in ons land straks onder ideale omstandigheden gehouden zullen gaan worden.