Homepage
Nederlands-English

Spiritualiteit en je inzetten voor dieren

Streven naar verbetering voor iedereen

De aardse werkelijkheid ziet er "verdeeld" aangenaam uit. Dieren zijn schitterend uitgedost, maar vreten elkaar meedogenloos op. Landbouwhuisdieren krijgen ondanks "goede verzorging" niet eens de kans om te leven naar hun eigen, soortspecifieke aard. Ook voor mensen is het niet altijd ideaal. Om geestelijk gezond te blijven kun je niet anders dan te streven naar het te boven komen van de soms nare realiteit. Er zijn wat dat betreft drie mogelijkheden om (te pogen althans een deel van) de werkelijkheid tot een kwalitatief hoger niveau te verheffen.
  1. Je doet alsof er niets aan de hand is, alsof de aardse realiteit niet jouw verantwoordelijkheid is. Spiritualiteit komt daarbij neer op het zoeken naar "verlichting" door de normale ervaring van alledag met zijn lijden te "ontmaskeren" als illusoir.
  2. Je beperkt de ellende tot die van jezelf en streeft er uitsluitend naar die ellende te boven te komen. Spiritualiteit betekent daarbij dat je ernaar streeft je eigen leven zo positief mogelijk gestalte te geven en het eigen lijden zoveel mogelijk probeert uit te bannen.
  3. Je erkent alle ellende ten volle en probeert daar zowel bij jezelf en anderen iets aan te doen. Spiritualiteit impliceert daarbij een streven naar eigen geluk en dat van anderen en een uitbannen van eigen en andermans leed.
Laten we eens kijken wat dit betekent voor onze houding ten opzichte van schendingen van dierenrechten door anderen. De tekst is van Titus Rivas en sluit aan op een verklaringsmodel achter het vegetarisme en innerlijke bevrijding van de mens en zijn relatie met dieren. Dit artikel is opgenomen in het boek "Spiritualiteit, vrijheid en engagement".

Woordverklaring

Spiritualiteit: zich rekenschap geven van het leven en van de werkelijkheid in het zoeken naar innerlijke en religieuze ervaringen. Engagement: je inzetten voor en verbinden met een goede zaak Escapisme: het streven of de neiging zich te onttrekken aan de druk van het heden, te ontsnappen uit de moeilijkheden van eigen tijd of eigen leven. Hedonisme: levensleer volgens welke genot het hoogste goed is.

De illusie van het aardse lijden

Ook al zou Marx het volgens sommigen niet precies zo gezegd hebben, we kennen allemaal de aan hem toegeschreven uitspraak "Religie is opium voor het volk". Dit houdt in dat mensen onder ellendige omstandigheden waar ze niets aan kunnen veranderen de neiging krijgen om het belang van die omstandigheden te ontkennen en te vluchten in voorstellingen van een betere, bovenaardse wereld. Het is de vraag of nu nog veel westerlingen op deze manier een traditionele religie aanhangen. In ieder geval zijn er nu vormen van escapisme die veel populairder zijn, zoals de "idealen" van het neoliberalisme en een ongebreideld hedonisme. Ook sommige stromingen binnen de wereld van de New Age komen escapistisch over. Niet omdat ze zich bezig houden met spirituele zaken, maar omdat ze stellen dat de aardse problemen er niet toe doen (illusoir zijn). De hele werkelijkheid zou in feite al goed zijn zoals ze is, en tegenstellingen tussen goed en kwaad zouden slechts berusten op een fout in onze perceptie. We hoeven dus bijvoorbeeld niets te verhelpen aan misstanden in de werkelijkheid, want in feite zijn het helemaal geen misstanden. Er is volgens deze opvatting slechts één echt probleem en dat is dat we de werkelijkheid te "dualistisch" opvatten en willekeurig indelen in goed en slecht. Beide zouden slechts aspecten zijn van één, ongedeelde werkelijkheid.
Escapistisch ingestelde mensen kunnen die boodschap zo interpreteren dat het leidt tot een amorele houding tegenover onrecht en dierenleed. Ze zouden om die reden niet de werkelijkheid buiten zichzelf willen veranderen, maar alleen zichzelf. Dat wil zeggen dat ze moeten berusten in de realiteit als ongedeeld "in orde" en alleen hun verkeerde beeld ervan moeten opgeven. Overigens is het niet zo dat iedereen die stelt dat er altijd een harmonie bestaat in de werkelijkheid daarom ook verandering hoeft af te wijzen. Om een muzikale vergelijking te trekken: een harmonie kan heel mooi klinken, maar het kan altijd nog mooier. De werkelijkheid zou in theorie wellicht in relatieve harmonie kunnen zijn en tegelijk in ontwikkeling richting een nog grotere schoonheid en rechtvaardigheid waarbij steeds meer wezens optimaal tot hun recht kunnen komen.
Wat impliceert een escapistische houding voor de benadering van onrecht tegen dieren? Men zal dierenleed zoveel mogelijk proberen te ontkennen, bagatelliseren of zelfs proberen voor te stellen als iets wat in feite precies zo is als het moet zijn. Voorstanders van stierengevechten zeggen zo bijvoorbeeld wel eens dat God gevechtsstieren geschapen heeft om afgemaakt te worden in de arena. Lijden en sterven onder de hand van een stierenvechter komt dan overeen met de verwezenlijking van een goddelijke bestemming. Over het algemeen zullen mensen met deze houding ook zeker geen kwaad zien in het gebruik van dieren voor consumptie.

Streven naar verbetering voor jezelf

Veel of zelfs de meeste mensen die escapistisch proberen de negatieve kanten van het leven over het hoofd te zien, slagen daar op de langere termijn niet in. We hebben nu eenmaal een sterfelijk lichaam met pijnsensoren en een geest met emoties als verdriet en angst en met soms gefrustreerde verlangens. Vroeg of laat wordt dan ook de ontkenning van het bestaan van aards leed losgelaten. Aanvankelijk zal men daarbij vaak in beslag genomen worden door de eigen ellende.
Spiritueel gezien betekent dat dat men zich niet meer, zoals bij de vorige benadering voor kan komen, probeert voor te houden dat het aardse leed een illusie is waar men als bij toverslag, na een plotselinge ingeving van de juiste inzichten, van genezen kan worden. In plaats daarvan zal men, door te erkennen dat escapisme zinloos is, proberen zoveel mogelijk grip te krijgen op het eigen leed, bijvoorbeeld door allerlei spirituele oefeningen, technieken en therapieën.
Toegepast op de houding ten aanzien van dierenleed, kan dit betekenen dat men stelt domweg geen ruimte te hebben voor engagement, omdat het eigen leven nog te pijnlijk is. Vanuit de humanistische psychologie van Abraham Maslow is dit op zich heel begrijpelijk. Mensen moeten volgens Maslow zichzelf eerst veilig, bevredigd en gelukkig genoeg voelen om zich vervolgens in te willen zetten voor een ander. Wat dat betreft is de huidige maatschappij niet zo'n geschikte voedingsbodem voor engagement, aangezien het neoliberalisme heeft geleid tot een harde competitieve geest met een overtrokken nadruk op zelfredzaamheid en eigen verantwoordelijkheid. Dit heeft het welzijn van veel mensen dusdanig aangetast dat je psychologisch gezien niet veel betrokkenheid bij anderen meer mag verwachten.
Betrokkenheid is voor sommigen bijna verdacht geworden en men zal er al snel eigenbelang achter zoeken. Om dit wantrouwen te voorkomen, bemoeit men zich maar helemaal niet meer met anderen of vermijden mensen betrokkenheid. Anders dan bij de vorige houding ontkennen mensen hierbij niet dat dieren lijden en dat het voor dieren zelf beter zou zijn als ze niet onnodig gebruikt zouden worden voor consumptie en andere onnodige doeleinden, maar ze stellen dat het niet hun taak is om daar verandering in te brengen.

Verbetering voor iedereen

Genoemd humanistisch model van Maslow biedt een realistisch alternatief voor de oude dichotomie tussen egoïsme en altruïsme, door te stellen dat het eigen geluk een voorwaarde is in plaats van een obstakel vormt voor een actief engagement. Zo hoef je als voorvechter van dierenrechten of mensenrechten spirituele oefeningen en ontwikkeling helemaal niet als een obstructie van je idealen te beschouwen. Sterker nog, een sterke basis van persoonlijk geluk is juist een mooie garantie voor extra veel enthousiasme in het actie voeren voor verbetering voor iedereen, inclusief dieren. Wanneer je eigen noden gelenigd zijn, krijg je meer oog voor de noden van derden. Volgens Maslow zijn het vooral de evenwichtige en gelukkige personen die zich het effectiefst hard maken voor de rechten van medeschepselen. Het zou zelfs een natuurlijke behoefte zijn om je te engageren zodra je eigen leven genoeg op orde en bevredigend is. Natuurlijk is het volgens Maslow niet zo dat je je pas voor anderen kunt inzetten als zelf helemaal gelukkig bent in je persoonlijke leven. Het gaat er niet om dat mensen eerst alleen gericht zijn op de eigen behoeften en dan pas ook op die van anderen. Waar het WEL om gaat is dat die elkaar helemaal niet hoeven te bijten en dat mededogen voor anderen, net zoals dit geldt voor het boeddhisme bijvoorbeeld, gegrondvest dient te zijn in mededogen voor jezelf. Hoe meer er dus sprake is van eigen geluk en eigen vrijheid, hoe meer mensen ook in staat zijn zich enthousiast en uit vrije wil in te zetten voor anderen. Dat hangt ook nog samen met het gegeven dat je anderen pas kunt bijstaan als je hen en hun noden vanuit hun eigen perspectief begrijpt en dat je dat alleen kunt als je eerst geleerd hebt jezelf en je eigen noden te doorgronden. Zonder zelfkennis is kennis van anderen onmogelijk en komt zogenaamde hulp vaak neer op bevoogding vanuit projectie in plaats vanuit begrip. Sommige (maar overigens geenszins alle) relaties met huisdieren lijken neer te komen op dit verschijnsel.
Volgens deze driedeling is er geen enkele inherente botsing tussen spiritualiteit en engagement. Zo'n botsing treedt uitsluitend op bij die vormen van spiritualiteit die geworteld zijn in miskenning van leed in deze wereld.

Onze hoofdartikelen in boek, in een overzicht of op een aparte mobielvriendelijke site.

Naar onze reactie op de actualiteit op Facebook.

Privacy verklaring.

pijl omhoog